Ypermuseum

Samen met de Menepoort, vormen het Belfort en de Lakenhallen van Ieper het symbool van de wederopbouw-architectuur van de Eerste Wereldoorlog.

Locatie Ieper
Programma stadsmuseum
Opdrachtgever Stadsbestuur Ieper
Status opgeleverd
Periode 2015 ― 2018
Oppervlakte 2.400 m²
Totaal budget 1.800.000 euro
Restauratiebudget 750.000 euro

IN SAMENWERKING

Architect FVWW architecten / Bureau Bouwtechniek
Fotograaf Allt
CALLEBAUT YPERMUSEUM 3

Samen met de Menepoort, vormen het Belfort en de Lakenhallen van Ieper het symbool van de wederopbouw-architectuur van de Eerste Wereldoorlog.

Dit complex werd vanaf midden 13e-eeuw vleugel per vleugel opgebouwd, met als laatste het ‘Stedehuus’, en kende een grote eenheid in architectuur. Door een brand in het oorspronkelijke ‘Stedehuus’ werd deze vleugel in de late 15e-eeuw heropgebouwd in renaissance-stijl. Eeuwenlang stonden de Lakenhallen en het Belfort symbool voor de rijke geschiedenis en welvaart van de stad Ieper.

Tijdens WOI werd dit symbool meermaals getroffen door Duitse luchtaanvallen en werd het gereduceerd tot een ruïne. Na WOI nam de stad dan ook initiatief om hun geliefd erfgoed herop te bouwen. Deze keer werd gekozen om het stadhuis opnieuw in een gotisch jasje te steken. Een jasje kan hier letterlijk genomen worden want in essentie werd deze vleugel herbouwd m.b.v. hedendaagse constructietechnieken: een gewapend betonskelet, dakspant incluis.

Het was de wens van de stad Ieper om deze vleugel te herbestemmen tot stadsmuseum. De inplanting, grootte en historiek van het gebouw maken dit tot de perfecte locatie voor dergelijk programma.

Callebaut Architecten begeleidde FVWW architecten in hun ontwerpproces om, met behulp van reversibele ingrepen en respect voor de aanwezige erfgoedwaarden en het gebouw, het programma van eisen in te plannen. Door het incorporeren van twee nieuwe trappenhuizen, werden verschillende circulatiepatronen mogelijk en werden nieuwe zichten en belevingen in en van het gebouw gecreëerd. Ook de eerlijkheid van materiaalgebruik is een belangrijke component in het ontwerp: de betonnen constructies, verhuld door verlaagde plafonds en wandbekledingen, worden een volwaardig kenmerk van het gebouw.

De nieuwe ingrepen die nodig waren voor de herbestemming tot stadsmuseum gebeurden hoofdzakelijk intern in het gebouw. De bestaande gewapende betonnen constructies – ribbenplafonds en kolommen – waren reeds toe aan restauratie, alsook de betonnen dakspanten en invulcassettes van het dak.

Ook zijn er ingrepen voorzien om het thermisch comfort van het gebouw te verbeteren. Het dak werd geïsoleerd door middel van een sarkingsysteem. Dit betekent dat de natuurleien dakbedekking eveneens vernieuwd werd, de dakkapellen werden gerestaureerd en geïsoleerd aan de binnenzijde. De glas-in-loodramen werden thermisch verbeterd door middel van het toevoegen van stalen achterzetramen.

 

Publicaties

VAI.BE ― OKT, 2020 ‘Ypermuseum’

A+ ― AUG-SEPT, 2020 ‘Een blik op het verleden en de toekomst’

ARCHITECTUURBOEK VLAANDEREN N°14: WANNEER ATTITUDES VORM KRIJGEN― 2020 ‘Essay: Meerstemmigheid in monumenten’

ARCHITECTURA.BE ― 13.09.2018 ‘Nieuw Ypermuseum geopend in Lakenhallen’